Raad van State vernietigt derde Bestemmingsplan Westerveld op rij
Op 21 juli 2021 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State een uitspraak gedaan waarbij het bestemmingsplan ‘Buitengebied Westerveld 2018’ in zijn geheel is vernietigd. Het beroep was ingesteld door Milieudefensie Westerveld, Meten=Weten en Bollenboos. Het bestemmingsplan is vernietigd omdat niet werd voldaan aan de eisen die de Wet natuurbescherming aan een bestemmingsplan stelt.
Na de plannen uit 2012 en 2017 is dit het derde bestemmingsplan op rij van de gemeente Westerveld dat door de Raad van State wordt vernietigd. Voor de ruimtelijke ordening van het buitengebied moet nu weer worden teruggevallen op de bestemmingsplannen van voor de gemeentelijke herindeling van Diever, Dwingeloo, Havelte en Vledder.
De partijen die het beroep hebben aangespannen zien het niet als een overwinning. Eerder wordt schaamte gevoeld voor een gemeentebestuur dat 23 jaar na de herindeling er nog steeds niet in is geslaagd een houdbaar bestemmingsplan te maken. Een brevet van onvermogen.
De vernietiging van het plan is gebaseerd op de eisen die de Wet natuurbescherming stelt aan een bestemmingsplan, hetgeen door het gemeentebestuur moet worden vastgelegd in een passende beoordeling. Daarin heeft het bestuur gefaald. Ook al is het gemeentebestuur in de zienswijze duidelijk op dit gebrek gewezen.
De Raad van State heeft inhoudelijk slechts gekeken naar één van onze argumenten in het beroep, namelijk veebedrijven en de stikstofaspecten daarvan en alleen al daarom het plan vernietigd.
Westerveld is een prachtige gemeente met veel natuur, recreatie en landbouw. Het moet mogelijk moet zijn om een evenwichtig bestemmingsplan te maken dat recht doet aan alle belangen. De impasse rond de ‘lelieteelten’ zien de drie organisaties als een van de hoofdoorzaken. Het gemeentebestuur wil hierin almaar niet naar haar inwoners luisteren. Sterker nog, niet eens met die inwoners echt in gesprek wil.
Sinds de uitspraak van de Rechtbank Noord-Nederland van 18 juni is duidelijk dat voor het gebruiken van grondwater of oppervlaktewater voor beregening, voor het toepassen van drainage (verdroging!) en voor het verspreiden van giftige middelen (afnemende biodiversiteit!) een natuurvergunning nodig is. In een volgend Bestemmingsplan Buitengebied zullen dus ook regels opgenomen moeten worden over de impact van dergelijke intensieve ingrijpende teelten, net als het geval is bij de veebedrijven.
Raad van State – Uitspraak
Milieudefensie, Meten=Weten en Bollenboos zijn appellante 2.